6 mei 2019 

Roerdomp

In het Blankaartgebied werden de voorbije jaren heel wat natuurinrichtingswerken uitgevoerd. De focus van het natuurinrichtingsplan lag vooral op rietvogels. In de oude rietlanden werden o.a. populieren en wilgen gekapt in een poging om het broedhabitat van soorten als roerdomp te herstellen. Deze beheerwerken werpen alvast mooie resultaten af, sinds 30 maart is het ‘spook van de Blankaart’ terug. Eindelijk!

De roerdomp dankt zijn bijnaam aan zijn vreemde, spookachtige roep. Vroeger waarschuwden ouders hun kinderen dat ze niet te lang in de Blankaart mochten blijven hangen want anders zouden ze wel eens het spook van de Blankaart kunnen tegenkomen. Zijn typische ‘hoempende’ geluid, net alsof iemand in een leeg bierflesje blaast, draagt erg ver en versterkt het geheimzinnige imago van de soort. Door zijn rietbruine schutkleur valt deze zeldzame reigersoort nauwelijks op, behoedzaam sluipend doorheen het waterriet. Roerdompen broeden in moerassen en hebben een uitgesproken voorkeur voor stevig, oud waterriet.

Uit historische vertellingen weten we dat er destijds veel roerdompen in de streek leefden. Zo werden op een groot diner van Filips de Goede in het nabije Sint-Omaars (St.-Omer) in 1454 maar liefst 400 roerdompen opgediend. De voorbije decennia was de roerdomp een regelmatige wintergast op de Blankaart maar door de algemeen verslechterde milieukwaliteit in de jaren 1970 en het verdwijnen van geschikt broedhabitat kwam de soort er niet meer tot broeden. 

Achteruitgang

In de periode 1973-1977 werd het Belgische broedbestand geschat op 60-65 paar. Daarna ging het snel bergaf. In 1982 werden nog 30 territoria gekarteerd en in 1990 ging het nog om 10 paar. Alle voormalige bastions werden verlaten. Ook de Blankaart moest het zonder broedende roerdompen stellen. Het laatste broedgeval werd er opgetekend in 1971. Begin deze eeuw werd de negatieve trend voor het eerst weer lichtjes omgebogen en in de periode 2007-2012 fluctueerde het aantal territoria in Vlaanderen tussen 15 (in 2008) en 26 (in 2010).

De soort kreeg recent meer beleidsaandacht. In 2016 werd de roerdomp opgenomen in de Rode Lijst van de broedvogels in Vlaanderen in de categorie ‘met uitsterven bedreigd’. In hetzelfde jaar werd door het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) een soortbeschermingsprogramma (SBP) voor de roerdomp opgemaakt. Hierbij werden duidelijke doelstellingen geformuleerd. Zo zou tegen 2050 maar liefst 1.390 tot 2.140 ha aan extra leefgebied voor de roerdomp moeten worden gecreëerd om de Vlaamse populatie te doen stijgen tot 75 broedparen. Concreet voor de Blankaart werd gemikt op twee broedparen.

Verbetering

De voorbije jaren heeft de Blankaart een echte metamorfose ondergaan. Het waterpeil werd verhoogd waardoor de kwaliteit van de bestaande rietkragen verbeterde maar ook laaggelegen graslanden werden ingericht als bijkomend rietmoeras. Aanvankelijk leidde dit niet tot het verhoopte succes. De oude rietkragen bleven te droog en te ruig, terwijl de nieuwe rietkragen zich maar traag ontwikkelden. Ook de waterkwaliteit van de Blankaart bleef ondermaats door de instroom van nutriëntenrijk en slibrijk water. Maar beetje bij beetje wordt er werk gemaakt van een Blankaart waar weer plaats is voor roerdompen.    

Sinds 30 maart 2019 is het 'spook van de Blankaart' terug en kan je elke avond weer de misthoornige roep van de roerdomp in de rietvelden horen. Een schitterende beloning voor alle vrijwilligers en professionelen die de voorbije decennia hard hebben gezwoegd om de natuurkwaliteit van de Blankaart (en de omliggende IJzervallei) sterk op te krikken.

Tekst: Guido Vandenbroucke (conservator De Blankaart)

Foto: Jhony Vandebroeck