31 oktober 2019 

Het is een klein maar opvallend oranje zwammetje van amper 3 cm diameter. Het lijkt een beetje op een mini-pingpongpalet en het heeft de exotische naam Favolaschia calocera. Op 23 oktober 2019 werd hij voor het eerst opgemerkt in Vlaanderen door Rudy Claeys in het Provinciaal domein de Palingbeek (Zillebeke, West-Vlaanderen). Een Nederlandse naam is er nog niet maar in het Engels noemen ze hem de “Orange pore fungus”. En hij werd voor het eerst waargenomen in Madagascar. 

Favolaschia calocera is voor het eerst ingezameld in 1933 in Madagascar en in 1966 beschreven. Momenteel is de soort ook bekend in Nieuw-Zeeland, Italië, Australië, Hawaii, Thailand, China, Kenia, Réunion, Spanje, Portugal, het Verenigd Koninkrijk en nu België dus. 

Nog geen Nederlandse naam

Favolaschia calocera is goed te herkennen aan de opvallende oranje, kort zijdelings gesteelde hoed die aan de ene kant bezet is met lobben en aan de andere kant met wijde poriën. De paddenstoel heeft een beetje de vorm van een pingpongpalet en wordt daarom ook wel “The orange ping pong bat” genoemd in Australië, in Nieuw-Zeeland heet de soort “Orange pore fungus”. De Nederlandse naam mag voorgesteld worden door degene die de soort ontdekte en één keer per jaar buigt de Commissie Nederlandse namen zich over alle voorstellen en worden de namen geofficialiseerd. Rudy Claeys stelt voor om de soort als “Oranje poriezwam” te benoemen. 

Snelle verspreider

Favolaschia calocera is een saprofyt, een opruimer van dood hout en plantenresten. Onderzoekers in Nieuw-Zeeland hebben vastgesteld dat de “Oranje poriezwam” op wel 50 verschillende soorten planten te vinden is. De soort heeft zich in een mum van tijd weten te verspreiden. Ze vormt klonen (genetisch identieke kopieën) en verspreidt zich dus zonder geslachtelijke voortplanting (uit één spore kan al een zwam groeien). Vermoedelijk produceert de zwam stoffen die andere zwammen verhinderen om ook op hetzelfde stuk hout te groeien. Hierdoor vertoont de zwam dus een invasief karakter. Dit wil zeggen dat de soort zich in een snel tempo verspreid en het leefgebied van inheemse soorten inneemt, waardoor ze een bedreiging vormt. 

Opvallend is dat de eerste vindplaatsen steeds in de buurt van havens gelegen zijn, de soort komt wellicht binnen via houttransport door schepen. De eerste Europese vondst gebeurde in 1999, in Genua (Italië). Daar werd de soort gespot op rottende takken van varens, loof- en naaldbomen. De soort blijkt ook daar niet kieskeurig te zijn en wordt daarom gevreesd als invasief. In Italië wordt de soort daarom goed opgevolgd. 


© Cyr Mestdagh

Goed opvolgen is de boodschap

In Engeland werd de soort voor het eerst waargenomen in 2012 en wordt ze voornamelijk gespot op vlier, gewone esdoorn en beuk. Omdat de zwam bekend staat als invasief werd ze daar in de gaten gehouden door het “Non native Species Secretariat”. Daarnaast zit de soort ook in een citizen science project, waarbij 100 soorten paddenstoelen worden opgevolgd door vrijwilligers. De vraag is of de soort zich zo snel in West-Europa kan verspreiden door de vele houttransporten via schepen? Of wil deze soort ons iets meer vertellen over het opwarmende klimaat?

Het is interessant om ook in België deze soort goed in de gaten houden. Geef je waarnemingen door via www.waarnemingen.be en vergeet zeker niet te noteren op welke houtsoort je de zwam vond (indien mogelijk). En maak uiteraard prachtige foto’s van deze fotogenieke zwam! 

Tekst: Roosmarijn Steeman en Rudy Claeys

Foto’s: Rudy Claeys en Cyr Mestdagh